Het is even wennen zo slapen in de tropen. Ondanks dat we in een lekker koel hutje slapen, het heeft veel ramen, blijft het warm. Het is hier nu het eind van de regentijd en dus blijft het best vochtig (en warm). Om een uur of acht toch maar uit bed gestapt en opgefrist. Rustig ontbeten MET hollandse kaas die wij voor gastvrouw Betsy hadden meegenomen. Na het eten nog even rustig zitten praten, ondertussen kennen we de hele historie van Betsy en Ismaila.
We hebben op het gemak geacclimatiseerd en even gekeken wat we de komende periode allemaal willen en kunnen doen, dat alles onder het genot van een kopje koffie met, ook uit Nederland meegebrachte, stroopwafels :lol:.
Morgen (zondag) wordt het in ieder geval een strand-dagje, maandag een dag toeren langs de kust en woensdag waarschijnlijk een dag uit met de ferry (veerboot) van Banjul naar Barra, aan de noordzijde van de rivier The Gambia. Vandaar is het de bedoeling dat we doorrijden naar James Island, een voormalig slaven-eiland.
Uiteraard is het allemaal afhankelijk van het weer en hoe vermoeid we zijn.
Maar nu weer verder met dag 2. Zo halverwege de middag op bezoek geweest bij een zus van onze gastheer Ismaila. Zij was bevallen, het was een lief klein poppetje van slechts 3 dagen oud. Het drinken van attaya, hele sterke Chinese thee met heel veel suiker, hoort bij dit soort ‘speciale’ gelegenheden en je krijgt dus een aantal glaasjes aangeboden. Ondertussen komen alle verschillende leden van de ‘family’ binnen om je de hand te schudden. “Hi, how are you?”… “Fine, fine”.
Je raakt soms de draad kwijt hoe relaties hier zitten. Erg gecompliceerd soms vanwege bijvoorbeeld het feit dat als een vrouw geen kinderen kan krijgen, de man een tweede vrouw mag nemen, beiden zijn echter ‘mother’. Bij bijvoorbeeld een overlijden van een ‘husband’, wordt de vrouw soms ‘overgenomen’ door een broer en wordt er gehertrouwd. Halfbroers en -zussen komt hier relatief vaak voor. Nichten, ooms, halfzussen, zussen van stiefzussen… Alles is ‘one big family’ en iedereen helpt elkaar.
Op de terugweg nog even gestop bij de investering van Betsy en Ismaila: een business-center. Hierin worden een garage gevestigd, met daarbij ook een welder-shop (laswerk) en een tire-shop (banden) enzovoorts. Het pand is al voorbereid op uitbreiding met nog een verdieping voor eventuele andere winkels. Het center wordt gebouwd vlak langs de weg tussen Brikama en Yundum, vlakbij het kruispunt met de weg naar de Tourist Area én het vliegveld. Waarschijnlijk dus best een goede plek voor het business-center. Ismaila is één van de meer ‘educated’ mensen in The Gambia. Hij heeft slim ondernemen door: repareer een auto vóórdat je hem helemaal kapot rijdt, want dat kost minder. Sommige busjes hier rijden zo’n 12.000 km in een week of vijf, dus onderhoud is zeker verstandig EN nodig. Volgens Ismaila begrijpen een hoop Gambianen dit niet, die rijden hun wagen kapot en gaan dan nieuwe onderdelen kopen in plaats van goed onderhoud te plegen in eerste instantie. Hij lijkt bijna een Europeaan in zijn denkwijze, ten opzichte van een groot gedeelte van de bevolking is dat vrij uniek.
Bij terugkomst op de compound stond het eten bijna klaar: Ladyfish met fried rice, uitjes, wortel, kool, gewone ‘potatoes’ en sweet potatoes. Gefrituurde ladyfish is prima te eten!!
De dag van vandaag was trouwens bijzonder benauwd, zelfs de ‘family’ zucht dat het ’too hot’ is. Misschien dat er vannacht een regenbui komt, het zou bijzonder prettig zijn, want dan koelt het tenminste een stukje af.
Na nog een avond op het terras met water en baobab-juice weer een warme en vermoeiende dag voorbij.